Erasmus MC: “Er is geen handboek voor duurzame mobiliteit, we moeten het samen doen”

‘Bizar helder’ was het uitzicht vanaf de hoge verdiepingen van het Erasmus Medisch Centrum tijdens de eerste lockdown in 2020. Doordat het verkeer in de stad tot een minimum was gereduceerd, verdwenen smog en fijnstof tijdelijk uit de lucht. “Voor ons was dit uitzicht een blik vooruit op het doel waar we in Rotterdam naartoe werken: een gezonde en emissievrije leefomgeving.” Lex Burdorf en Hans-Peter Schilte staan aan het hoofd van een Taskforce van 12 personen die ervoor moet zorgen dat het Erasmus Medisch Centrum (MC) steeds duurzamer wordt en invulling geeft aan de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties. Halvering van de CO₂-afdruk in 2030 is één van de concrete stappen. En duurzame mobiliteit moet hier een belangrijke bijdrage aan leveren.

Voetafdruk

Het meten van de totale CO₂ -voetafdruk van een groot ziekenhuis zoals het Erasmus MC is een ingewikkelde opgave. In 2019 maakte de organisatie voor het eerst een totaalberekening. Een jaar later werd deze berekening nog eens overgedaan, met een meer verfijnde rekenmethode. “Maar intussen kunnen we concluderen dat onze CO₂-afdruk gelijk staat aan ongeveer 90.000 ton CO₂ per jaar”, vertelt Hans-Peter. “Als je dat zou willen compenseren met bomen, dan heb je 2,4 miljoen bomen nodig. Per jaar.”

“Vanzelfsprekend dat we daar als grote werkgever in de binnenstad wat aan willen doen”, vult Lex aan. “Halvering van onze CO₂-afdruk in 2030 is een van de intenties die wij onderschrijven. Daarom kijken we op alle mogelijke manieren naar interventies om die doelstelling te bereiken. De aanpak van mobiliteit speelt een belangrijke rol. En dan hebben we het niet alleen over de mobiliteit van onze medewerkers, maar ook van alle studenten die hier rondlopen, de patiënten, de bezoekers, en uiteindelijk ook onze leveranciers.”

Coronapandemie

Tijdens de coronapandemie ging 30 procent van de medewerkers van het Erasmus MC thuis werken. “De lockdowns hebben erg veel invloed gehad op ons handelen”, blikt Hans-Peter terug. “De pandemie heeft laten zien dat er veel meer mogelijk is, dan we vooraf dachten. Dat geldt voor thuiswerken, maar ook bijvoorbeeld voor online consulten met patiënten.”

De verwachting was dat het grote aantal thuiswerkers tot een verminderde CO₂-uitstoot zou leiden. En voor veel organisaties in Nederland was dat ook het geval, maar niet bij het Erasmus MC. “70 procent van onze medewerkers moest gewoon naar het werk blijven komen”, legt Hans-Peter uit. “Een ziekenhuis zonder handen aan het bed, dat werkt nou eenmaal niet. Maar waar normaalgezien medewerkers vaak met het openbaar vervoer kwamen, kwamen ze nu vooral met de auto. Gewoon omdat niemand met het OV wilde. Daardoor was het nettoresultaat van onze eigen uitstoot zelfs een stukje slechter tijdens de lockdowns dan normaal.”

Al 15 jaar een stevig mobiliteitsbeleid

Toch is de verwachting, dat zodra het gebruik van het openbaar vervoer en de fietsen weer op het oude niveau ligt, de impact van thuiswerken en meer online consulten duidelijk merkbaar zal zijn. “Voor ons is het gebruik van fiets en een goed functionerend OV nou eenmaal van cruciaal belang”, benadrukt Lex. “We hebben al 15 jaar ervaring met een stevig mobiliteitsbeleid. Voor een deel was dat noodgedwongen, omdat we simpelweg te weinig parkeerplaatsen hebben voor onze medewerkers én onze patiënten. Daarnaast, als iedereen met de auto zou komen, dan staan onze patiënten bij het Hofplein al in de file. Doordat we altijd het belang van onze patiënten voorop hebben gesteld in ons mobiliteitsbeleid, hebben we nu bereikt dat nog maar 8 procent van onze medewerkers bij ons parkeert. Dat betekent dat 92 procent op een andere manier naar ons toe komt. Fietsend, lopend, met het OV, of via een ‘park & ride’ locatie. Dat is best uniek voor een grote werkgever met 15.000 medewerkers.”

Hoe we dat stevige mobiliteitsbeleid hebben ingevoerd? “Met de stok en met de wortel”, legt Lex lachend uit. “De stok is vooral het feit dat het duur is om bij ons te parkeren en dat het gewoon onprettig is om in de file te staan. De wortel zit vooral in de goede reiskostenvergoeding voor medewerkers die lopend, fietsend of met OV naar het werk komen. En in het aantrekkelijke fietsplan.”

Een aantrekkelijk fietsplan

“Ik ben een goed voorbeeld van een iemand die mede door ons fietsplan overstag is gegaan”, voegt Hans-Peter eraan toe. “Toen de Maastunnel dicht ging, werd de avondspits ondraaglijk. Ik ben toen eerst overgestapt op het OV. In plaats van een uur, was ik maar een halfuurtje onderweg. Toen kwam corona, en wilde ik niet met het OV. Ik heb een e-bike gekocht, en nu wil ik niets anders meer. Het gaat veel sneller en gemakkelijker, en ik voel me een stuk fitter. Natuurlijk moet je dat allemaal zélf ervaren. Maar het helpt wel als het je verteld en aangeboden wordt.”

Het fietsbeleid bij het Erasmus MC bestaat in eerste instantie uit een aantrekkelijke vergoeding voor de aanschaf van een fiets. Maar het zijn ook de dingen eromheen, vindt Hans-Peter. “Als je een regenpak nodig hebt, of een goed fietsslot, dat past allemaal binnen de mogelijkheden. Daarnaast zijn er prima mogelijkheden om je fiets te stallen, en er is een fietsenmaker op het terrein. Allemaal zaken die het makkelijker en dus aantrekkelijker maken.”

Online consulten en elektrische busjes

“Het reisgedrag van patiënten is natuurlijk moeilijker te beïnvloeden”, weet Lex. Maar ook hier heeft corona zijn invloed gehad. Patiënten konden lange tijd niet fysiek naar het ziekenhuis komen. “Tijdens pandemie moesten we noodgedwongen sommige consulten online te organiseren. Maar eigenlijk is dat in veel gevallen heel goed bevallen. Dat geldt voor het medisch personeel, maar ook voor de patiënten. Veel mensen blijken het prettig te vinden dat hun consult dankzij een online videoverbinding of telefonisch consult plaats kan vinden in hun eigen omgeving, in alle privacy. De ambitie is nu om ongeveer 20 procent van de reguliere vervolgconsulten op deze manier te gaan inrichten mét behoud van kwalitatieve hoogwaardige zorg. Dat heeft zondermeer een positief effect op de mobiliteitsdruk.”

Een andere maatregel is het vergroten van de samenwerking met andere zorgpartners om eenvoudige diensten op afstand te kunnen aanbieden. “Het is natuurlijk doodzonde als patiënten van ver moeten komen om hier bloed te prikken en dan weer naar huis te reizen”, legt Hans-Peter uit. “Dat kan ook bij hun eigen huisarts. Dankzij alle digitale mogelijkheden is er ook veel meer mogelijk dan vroeger waardoor eenvoudige controles op afstand kunnen.”

De bezoekers van het Erasmus MC worden niet vergeten in de duurzaamheidsplannen. “Want willen we nu echt dat iedereen met de auto komt om hun naasten te bezoeken?”, vraagt Lex zich af. “Of gaan we bijvoorbeeld met elektrische busjes een shuttle-verbinding, waardoor bezoekers vanaf bepaalde plekken kunnen worden opgehaald? Als we hier naar een emissievrije zone gaan – en dat is volgens het Rotterdams klimaatakkoord de bedoeling – dan zullen ook onze patiënten en bezoekers op een emissievrije manier naar het ziekenhuis moeten kunnen komen.”

Marktwerking

Met diezelfde emissievrije zone in gedachten, worden leveranciers van het Erasmus MC nu al gevraagd om maatregelen te nemen. Hans-Peter: “We vertellen hen dat we in de nabije toekomst om emissievrije leveringen gaan vragen, in lijn met het akkoord, de zogenaamde Zero Emissie Stadslogistiek (ZES). Het leveren van goederen met een dieseltje kan dan echt niet meer. Het kan zijn dat ze hun goederen buiten de stad overladen op een elektrisch aangedreven wagen, of dat ze met andere oplossingen komen. Maar het is duidelijk dat wij als grote partij invloed hebben. Eigenlijk is het een stukje marktwerking dat plaatsvindt op duurzaamheid. Als ze het niet emissievrij kunnen leveren, dan kijken we uit naar andere leveranciers.”

Zelf heeft het Erasmus MC ook nog een distributiecentrum in Barendrecht waar goederen in ontvangst kunnen worden genomen en opgeslagen, om ze vervolgens zelf (in de nabije toekomst elektrisch) naar het centrum van Rotterdam te vervoeren. Een goede maatregel, maar er zijn nog meer stappen nodig om de CO₂-voetafdruk effectief te verkleinen. “Op dit moment is de stroom waarmee wij onze voertuigen en fietsen opladen en het ziekenhuis voorzien van elektriciteit nog grijs”, verklaart Hans-Peter. “We willen heel graag de stap naar groene stroom maken. Maar als ziekenhuis gebruiken we zo veel stroom, dat je daar wel iets voor moet bedenken.”

Met een aantal andere grote medische centra bevindt het Erasmus MC zich daarom in de verkennende fase van een traject dat uiteindelijk moet leiden naar een eigen, duurzame stroomvoorziening. “Wij onderzoeken onder andere de mogelijkheid van een eigen windmolenpark op zee. Onze CO₂-voetafdruk bestaat voor de helft uit elektriciteitsverbruik. Dus als wij op basis van deze brede samenwerking onze elektriciteitsopwekking helemaal kunnen vergroenen, dan halveren wij al in één klap onze CO₂-voetafdruk.”

Een Rotterdamse aanpak

Niet alleen nationaal en internationaal, maar ook lokaal binnen de Rotterdamse regio worden samenwerkingsverbanden gezocht. “Er ligt nergens een kant en klaar handboek duurzame mobiliteit, of over hoe je moet verduurzamen”, zegt Hans-Peter. “Daarom moeten we het samen doen. Je moet elkaar voortdurend blijven inspireren over hoe jij zaken aanpakt. En op jouw beurt kun je dan weer leren van de aanpak van anderen.”

“Om die reden vinden wij de Rotterdamse aanpak duurzame mobiliteit erg belangrijk”, vult Lex aan. “Inderdaad om te inspireren en te leren van organisaties in je eigen omgeving. Maar ook om als collectieve werkgevers beter in overleg te kunnen treden met andere partijen, bijvoorbeeld de gemeente. Het belang van bepaalde voorzieningen kun je gezamenlijk krachtiger over het voetlicht brengen. Denk bijvoorbeeld aan de fietsenstalling bij Rotterdam Centraal. Die is voor onze mobiliteit zo ontzettend cruciaal. Als daar een barrière ontstaat, dan loopt de rest van de duurzame mobiliteitsketen ook vast. En dat geldt ook voor andere werkgevers in de stad.”

Duurzaamheid is gewoon goed nieuws

“Overigens vinden we dat de gemeente Rotterdam goed bezig is op het gebied van duurzaamheid”, merkt Hans-Peter op. “Ik hoop dat de huidige aanpak ook de komende jaren op deze manier wordt voortgezet. Met duurzame mobiliteit in de stad, creëer je een gezonde leefomgeving. En dat maakt ons en alle andere lokale werkgevers ook weer aantrekkelijker op de arbeidsmarkt. Jonge generaties zijn heel intensief met duurzaamheid bezig en willen zelf ook hun bijdrage leveren aan een schoner milieu en een gezondere leefomgeving. Duurzaamheid is gewoon goed nieuws.”